Valery Van Gorp
Openbare behandeling van agendapunt
Aanwezigen bij agendapunt
Mevrouw VAN DIENDEREN zegt dat de Compagnie Maritime Belge in Antwerpen een Maritieme Campus wil bouwen. De Maritieme Campus zal de kantoren huisvesten van de Compagnie en ook ruimte bieden voor R&D. Op zich is er niks mis met dit project, maar de locatie is heel slecht gekozen. De campus zou verrijzen naast het natuurgebied Hobokense Polder: moeilijk te bereiken plek voor een campus met een bezoekersfunctie en te dicht bij het natuurgebied. Het Antwerpse college besliste op 10 november de omgevingsvergunning toch af te leveren. 3km verderop ligt Blue Gate: een meer geschikte plek voor deze campus. Het advies van de POVC was negatief. De POVC heeft twijfels over het watergebonden karakter van de toekomstige activiteiten. Volgens het GRUP is dat immers verplicht. Het departement Omgeving stelt dat het ponton dat vervangen zal worden, eigenlijk Vlaamse bevoegdheid is; dat het college hierover geen vergunning mag geven. De POVC stelt vast dat net deze ponton op een watergebonden karakter zou kunnen duiden. Als die komt te vervallen, rest er nog weinig watergebonden. Over de opslag van bepaalde stoffen ontbreekt volgens de POVC de nodige gegevens. Dat de aanvraag te weinig informatie bevat lezen we meerdere keren in het dossier. Over de potentieel gevaarlijke SEVESO activiteiten is de informatie ook karig. De POVC hekelt de ''saucissonering'' van het project. De POVC sluit zich aan bij het negatieve advies van het ANB. Dat geeft een ''afradend ongunstig'' advies op het project. Vanuit de VMM wordt erop gewezen dat de site mogelijk overstromingsgebied is. Er zijn dus volgens haar redenen genoeg om de vergunning te weigeren op die plek. De MCA zou de handen in elkaar kunnen slaan met het Havenbelevingscentrum. De publiekfuncties van de maritieme campus lijken uitermate geschikt om mee op te gaan in het Havenbelevingscentrum. Het is bijzonder waarschijnlijk dat er tegen de beslissing over de Maritieme Campus een beroep wordt ingediend. Vandaar de vragen: De heer LEMMENS antwoordt dat de deputatie het POVC-advies niet heeft bekrachtigd. Voor de vergunningsaanvraag van de maritieme campus is het college van de stad Antwerpen de vergunningverlenende overheid in eerste aanleg en niet de deputatie van de provincie. Omdat de aanvraag onder de MER-plicht valt, moest het college advies vragen aan de POVC. Dit is een ambtelijk en procedureel gebeuren waar de deputatie, noch het college van de stad in tussenkomt. De POVC brengt haar advies rechtstreeks uit aan de stad Antwerpen, zonder dat dit wordt voorgelegd aan de deputatie. De deputatie is in eerste aanleg op geen enkel moment betrokken partij in deze procedure. Er werd tot op heden geen beroep ingesteld bij de deputatie. Dit kan nog gebeuren tot uiterlijk 12 december. Het is niet opportuun om een uitspraak te doen over een lopend dossier waarvoor nog geen beroepsprocedure bestaat. In beroep wordt er een nieuwe adviesronde georganiseerd en zal de POVC Beroepen de adviezen verwerken en nadien haar eigen advies formuleren aan de deputatie. Deze POVC heeft dus een andere samenstelling dan de POVC eerste aanleg die voor dit dossier het advies verleende. Het is wettelijk niet voorzien dat de POVC beroep aantekent, de POVC is geen adviesinstantie cf. hoofdstuk 6 van het omgevingsvergunningsbesluit. Dit is nog nooit voorgevallen. Elke adviesinstantie kan wel afzonderlijk beroep aantekenen zoals opgenomen in artikel 53 Omgevingsvergunningsdecreet. Maar zoals gezegd is er tot op heden nog geen beroep ingesteld voor dit dossier. Ten slotte is er geen contact geweest tussen het Havenbelevingscentrum en de Maritieme Campus Antwerpen. Het Havenbelevingscentrum en de Maritieme Campus zijn twee aparte werelden.
Openbare behandeling van agendapunt
Aanwezigen bij agendapunt
Mevrouw VAN DIENDEREN verwijst naar de toelichting in de commissie. Zij vraagt zich af of in dit dossier, dat een belangrijke groenwaarde heeft, wel alle partijen werden gecontacteerd. Zij vraagt zich af of alvorens er infomarkten worden georganiseerd, er al contacten zijn geweest met ondermeer het gemeentebestuur van Arendonk. Dit dossier bevat immers ook kansen voor de bezoekers van de site. Zij gaan dit punt wel goedkeuren. De heer LEMMENS zegt dat er uiteraard al gesprekken zijn geweest met het college van de gemeente Arendonk. Dit dossier past perfect in wat wij willen doen in een aantal testcases van het beleidsplan Ruimte Antwerpen. Traditioneel zijn hier trouwens vele communicatiemomenten en participatietrajecten voorzien. Mevrouw HELSEN voegt hier aan toe dat het PRUP wordt opgemaakt naar aanleiding van het gebiedsprogramma ARO (gemeenten Arendonk, Ravels en Oud-Turnhout). Uiteraard hebben wij telkens met afgevaardigden van die drie gemeenten contact en niet met het voltallige schepencollege. Bij belangrijke punten vragen wij wel telkens naar de besluiten van de gemeenten en colleges zodat wij weten dat dit gedragen wordt door de respectievelijke besturen. Hierdoor kunnen ook de gemeenteraadsleden dit opvolgen en zijn zij op de hoogte van de stand van het dossier. Goedgekeurd met 32 stemmen ja, bij 0 stemmen nee en bij 0 onthoudingen
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 november 2021 Verslag van de deputatie
|
Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65
Agenda nr. 1/1 | Provinciale overheidsopdrachten. PRUP Militair Domein Arendonk. Plaatsen opdracht, plaatsingswijze en bestek. Goedkeuring.
|
Besluit goedgekeurd in de raad van 25 november 2021
Artikel 43 §2 11° van het provinciedecreet van 9 december 2005 bepaalt de bevoegdheid van de provincieraad.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren.
Met dit deputatiebesluit wordt aan de deputatie de goedkeuring gevraagd voor de plaatsing van het bestek, de keuze van de plaatsingswijze en het bestek.
Het PRUP ‘Militair Domein’ te Arendonk heeft als doel de militaire bestemming van het domein om te zetten naar de bestemmingen natuurgebied en recreatiegebied.
3.1 Doel van de opdracht
Het PRUP wordt opgemaakt naar aanleiding van het gebiedsprogramma ARO (Arendonk, Ravels en Oud-Turnhout).
Het PRUP ‘Militair Domein’ te Arendonk heeft als doel de militaire bestemming van het domein om te zetten naar de bestemmingen natuurgebied en recreatiegebied. Het is op dit moment een beperkt toegankelijk en weinig bebouwd gebied met hoge natuurwaarden.
Figuur 1: situering van het plangebied en de omgeving
Figuur 2: grondplan van het militair domein
Figuur 3: Situering plangebied op het gewestplan
In het planproces wordt gezocht naar een optimale zonering voor het natuurgebied en het verblijfsrecreatiegebied. De bestemming recreatie dient qua omvang ondergeschikt te zijn aan de natuurbestemming, en er wordt binnen het plangebied gezocht naar de beste plek voor de bestemming recreatie gegeven de aanwezige natuurwaarden. Het recreatiegebied heeft geen harde bestemming, maar biedt enkel een plek voor verblijfsrecreatie in de vorm van kleinschalige overnachtingsrecreatie.
Beleidscontext
De opdracht ligt in lijn met het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen (RSPA). Het militair domein is gelegen in de Noorderkempen. Doelstellingen voor dit gebied zijn onder meer het beheren van de natuurwaarden en het beperken van uitrusting en toegankelijkheid. Daarnaast behoort het domein ook tot de deelruimte van het Turnhoutse. Ook voor deze deelruimte wordt het beschermen van natuurlijke en landschappelijke elementen tot doel gesteld.
De opdracht past tevens binnen de principes van de strategische visie in de conceptnota van het Provinciaal Beleidsplan Ruimte Antwerpen (PBRA).
De goedgekeurde strategische ruimtelijke visie van de provincie vormt het kader voor deze opdracht, en is gestoeld op vier ruimtelijke principes (zuinig ruimtegebruik, veerkracht, nabijheid en bereikbaarheid, en eigenheid) en zeven strategieën. Het PRUP past ten eerste binnen het principe van eigenheid omdat er rekening gehouden wordt met de eigenheid van de gemeente en streek waarin die ligt, en omdat de historische bunkers op de site bewaard blijven. De opmaak van dit PRUP kadert verder niet alleen in de strategie van offensieve open ruimte, waarbij natuur, landbouw, water en recreatie een samenhangend en functioneel geheel vormen, maar ook in de strategie die een samenhangend ecologisch netwerk creëert om cruciale ecosystemen veilig te stellen en daar in de toekomst de vruchten van te plukken. De samenhang tussen natuurkerngebieden en de verschillende netwerken is cruciaal. Ze moeten verbonden worden tot één robuust en kwaliteitsvol netwerk. Zo past het PRUP binnen het principe van veerkracht.
3.2 Inhoud van de opdracht
De opdracht wordt uitgeschreven als een raamovereenkomst en bestaat uit 5 posten met deelposten die door de provincie Antwerpen besteld of niet besteld kunnen worden in functie van de evolutie van het project:
Deze post omvat de nodige stappen volgens de decretale procedure tot de opmaak van een PRUP vanaf de opmaak van de startnota en de procesnota.
De post bestaat meer concreet uit de volgende deelposten:
In het kader van de opmaak van het PRUP moet een effectenbeoordeling worden gemaakt. Tijdens het planproces zal blijken of bijkomend een passende beoordeling nodig is. De plancontour ligt namelijk in de buurt van enkele Habitat- en Vogelrichtlijngebieden en een VEN-gebied. De passende beoordeling wordt dan geïntegreerd in het PRUP.
Er wordt aan de inschrijver gevraagd om een forfaitaire prijs op te nemen. De bilaterale overleggen zijn voorzien bij post 3.
Voor de projectgroep, stuurgroep en de bilaterale overleggen moet de inschrijver een prijsopgave maken. Overlegmomenten met het dagelijks bestuur en planteam zijn voorzien onder post 1.
Het communicatietraject omvat de participatie zoals voorzien in het nieuwe decreet ‘Integratie plan-MER bij RUP’ (Decreet tot wijziging van de regelgeving voor ruimtelijke uitvoeringsplannen teneinde de planmilieueffectrapportage en andere effectbeoordelingen in het planningsproces voor ruimtelijke uitvoeringsplannen te integreren door wijziging van diverse decreten, BS 19/08/2016. Het communicatie- en participatietraject in het kader van deze opdracht beperkt zich tot de decretaal voorziene inspraak en een infomoment tijdens het openbaar onderzoek. De verwerking van de resultaten van de info- en inspraakmomenten hoort onder post 1.
Deze post betreft diensten die niet voorzien zijn, maar opgedragen kunnen worden indien zij kaderen in de opdracht. De inschrijver wordt gevraagd om de uurtarieven te geven voor mogelijk noodzakelijke profielen: een projectleider/senior expert, een projectmedewerker/ adviseur/jurist, een tekenaar (CAD/GIS)/junior medewerker/administratief medewerker en een grafisch ontwerper.
Bijdrage aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s)
SDG: 11. Maak steden en menselijke nederzettingen inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam.
Subdoelstelling: 11.3 Tegen 2030 inclusieve en duurzame stadsontwikkeling en capaciteit opbouwen voor participatieve, geïntegreerde en duurzame planning en beheer van menselijke nederzettingen in alle landen.
BBC actieplan: Ruimtelijk beleid: we voeren een ruimtelijk beleid op basis van het RSPA of het nieuwe PBRA.
BBC actie: We werken mee aan een beter ruimtelijk beleid in de provincie Antwerpen.
De deputatie stelt de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekenmaking voor als plaatsingswijze van deze opdracht voor diensten.
De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 10 november 2021.
Er ontstaat nu nog geen financiële verbintenis.
Het krediet is voorzien in het meerjarenplan 2020–2025 van de dienst Ruimtelijke Planning.
BESLUIT:
Artikel 1:
De provincieraad keurt als plaatsingswijze de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking goed voor de opmaak van het PRUP voor de bestemmingswijziging van het militair domein te Arendonk voor een periode van 4 jaar (raamovereenkomst).
Artikel 2:
De provincieraad keurt het bestek voor deze opdracht goed.
Bijlage:
- Bestek
De raad stemde openbaar
Totaal aantal voorstanders: 32
totaal aantal tegenstanders: 0
totaal aantal onthoudingen, blanco of ongeldig: 0
Met als gevolg: Goedgekeurd met 32 stemmen ja, bij 0 stemmen nee en bij 0 onthoudingen
Effectieve stemmers
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Tobias
Daneels,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Brend
Van Ransbeeck,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Voorstanders
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Tobias
Daneels,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Brend
Van Ransbeeck,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Tegenstanders
Geen
Onthoudingen, blanco of ongeldig
Geen
Openbare behandeling van agendapunt
Aanwezigen bij agendapunt
Goedgekeurd met 32 stemmen ja, bij 0 stemmen nee en bij 0 onthoudingen
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 november 2021 Verslag van de deputatie
|
Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65
Agenda nr. 1/2 | Provinciale commissie voor ruimtelijke ordening (Procoro). Wijziging huishoudelijk reglement. Goedkeuring.
|
Besluit goedgekeurd in de raad van 25 november 2021
Artikel 1.3.2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, vermeld in het decreet van 27 maart 2009 houdende de wijziging van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, en het besluit van de Vlaamse regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening, bepalen de bevoegdheid van de provincieraad.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 (en wijzigingen) tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijk commissies voor ruimtelijke ordening.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juli 2009 tot vaststelling van een deontologische code voor de leden van de Vlaamse, provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening.
In zitting van 30 april 2014 heeft de provincieraad het huishoudelijk reglement voor de provinciale commissie voor ruimtelijke ordening van de provincie Antwerpen (Procoro) goedgekeurd.
Wegens tekstcorrecties en wijzigingen (bv. een nieuwe secretaris, de huidige naam van het departement Ruimte, Erfgoed en Mobiliteit) wordt nu een nieuwe versie van het huishoudelijk reglement ter goedkeuring voorgelegd.
De enige inhoudelijke wijziging is de volgende toevoeging bij art. 9 De notulen:
Bij gebrek aan bezwaren/opmerkingen worden het verslag en de adviezen als goedgekeurd en definitief beschouwd.
Als er bij de eerste goedkeuringsronde aanpassingen zijn doorgevoerd, is de tweede goedkeuringsronde beperkt tot deze doorgevoerde aanpassingen.
De Procoro heeft het gewijzigde huishoudelijk reglement met eenparigheid van stemmen goedgekeurd in haar zitting van 21 juni 2021.
Bijdrage aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s):
SDG 11. Maak steden en menselijke nederzettingen inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam.
SDGsubdoelstelling 11.a Positieve economische, sociale en ecologische verbanden ondersteunen tussen stedelijke, voorstedelijke en landelijke gebieden door de nationale en regionale ontwikkelingsplanning te versterken.
De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 4 november 2021.
BESLUIT:
Enig artikel:
De provincieraad keurt het nieuwe huishoudelijk reglement van de Procoro goed.
Bijlagen:
- Nieuw huishoudelijk reglement
- Notulen Procoro-vergadering 21 juni 2021
De raad stemde openbaar
Totaal aantal voorstanders: 32
totaal aantal tegenstanders: 0
totaal aantal onthoudingen, blanco of ongeldig: 0
Met als gevolg: Goedgekeurd met 32 stemmen ja, bij 0 stemmen nee en bij 0 onthoudingen
Effectieve stemmers
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Tobias
Daneels,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Brend
Van Ransbeeck,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Voorstanders
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Tobias
Daneels,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Brend
Van Ransbeeck,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Tegenstanders
Geen
Onthoudingen, blanco of ongeldig
Geen
Openbare behandeling van agendapunt
Aanwezigen bij agendapunt
Goedgekeurd met 28 stemmen ja, bij 0 stemmen nee en bij 4 onthoudingen
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 november 2021 Verslag van de deputatie
|
Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65
Agenda nr. 1/3 | Erediensten. Antwerpen. Kathedrale kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw. Budget 2022. Akteneming. Goedkeuring.
|
Besluit goedgekeurd in de raad van 25 november 2021
Krachtens artikel 48 juncto artikel 78 van het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, neemt de provincieraad akte van het budget als het past in het goedgekeurde meerjarenplan.
Krachtens artikel 49 juncto artikel 78 van het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, is de provincieraad bevoegd om zich uit te spreken over de goedkeuring van het budget indien dit niet past in het goedgekeurde meerjarenplan.
Luidens artikel 47 juncto artikel 78 worden de budgetten na het advies van het erkend representatief orgaan jaarlijks voor 1 oktober bij de provincieoverheid ingediend (…). De provincieraad spreekt zich over het budget uit binnen een termijn van vijftig dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de provincieoverheid (…).
Luidens art. 46 juncto art. 78 stelt de kathedrale kerkraad jaarlijks op basis van het meerjarenplan het budget van de kathedrale kerkfabriek voor het volgende boekjaar vast. Het budget bestaat uit een investeringsbudget en een exploitatiebudget.
Luidens artikel 50 juncto artikel 78 worden de budgetwijzigingen na het advies van het erkend representatief orgaan voor 15 september van het lopende jaar gecoördineerd bij de provincieoverheid ingediend. De artikel 48 en 49 zijn dan van overeenkomstige toepassing.
In vergadering van 20 februari 2020 heeft uw raad het meerjarenplan 2020-2025 van de kathedrale kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen goedgekeurd zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen ter zake. Dit meerjarenplan voorzag geen toelage van de provincie Antwerpen voor de exploitatie noch voor de investeringen in de periode 2020-2025.
In dezelfde vergadering nam uw raad akte van het budget 2020.
In vergadering van 24 september 2020 heeft uw raad de eerste wijziging aan het meerjarenplan 2020-2025 van de kathedrale kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen goedgekeurd zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen ter zake. Dit meerjarenplan voorzag in een toelage van de provincie Antwerpen voor de exploitatie van 250.000,00 EUR voor 2020.
In dezelfde vergadering keurde uw raad de eerste en enige wijziging aan het budget 2020 goed, voorafgaand aan de goedkeuring van de eerste wijziging aan het meerjarenplan.
In vergadering van 25 februari 2021 heeft uw raad de tweede wijziging aan het meerjarenplan 2020-2025 van de kathedrale kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen goedgekeurd zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen ter zake. Dit meerjarenplan voorzag in een toelage van de provincie Antwerpen voor de exploitatie van 727.600,00 EUR voor 2021.
In dezelfde vergadering nam uw raad akte van het budget 2021.
In vergadering van 23 september heeft uw raad de derde wijziging aan het meerjarenplan 2020-2025 van de kathedrale kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen goedgekeurd zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen ter zake. Dit meerjarenplan voorziet in een toelage van de provincie Antwerpen voor de exploitatie van 1.009.000,00 EUR voor 2021 en 500.000,00 EUR voor 2022.
In dezelfde vergadering nam uw raad akte van de eerste budgetwijziging voor 2021.
Het budget 2022 kan als volgt worden samengevat:
Exploitatie | Ontvangsten | 1.808.000,00 EUR |
| Uitgaven | 2.308.000,00 EUR |
| Voor financiering | -500.000,00 EUR |
| Financiering | 0,00 EUR |
| Voor overboeking | -500.000,00 EUR |
| Overboeking | 0,00 EUR |
| Eigen dienstjaar | -500.000,00 EUR |
| Gecor. Expl. -2 | 0,00 EUR |
| Gecor. Budgetw. -1 | 0,00 EUR |
| Voor toelage | -500.000,00 EUR |
| Gewone toelage | 500.000,00 EUR |
| Achterstal. toelage | 0,00 EUR |
| Saldo | 0,00 EUR |
|
|
|
Investeringen | Ontvangsten | 0,00 EUR |
| Uitgaven | 250.000,00 EUR |
| Voor financiering | -250.000,00 EUR |
| Financiering | 0,00 EUR |
| Voor overboeking | -250.000,00 EUR |
| Overboeking | 0,00 EUR |
| Eigen dienstjaar | -250.000,00 EUR |
| Gecor. Invest. -2 | 0,00 EUR |
| Gecor. Budgetw. -1 | 0,00 EUR |
| Saldo | -250.000,00 EUR |
|
|
|
Toelage |
| 500.000,00 EUR |
Het ingediende budget bevat een overdracht van niet gebruikte investeringskredieten ten belope van 250.000,00 EUR die reeds in 2021 werden voorzien. In dit budget voor 2021 werden de investeringsontvangsten geraamd op 1.150.000,00 EUR en de investeringsuitgaven op 500.000,00 EUR. Deze overdracht heeft dan ook geen negatieve budgettaire gevolgen.
Het budget 2022 vergeleken met het meerjarenplan 2020-2025, voor wat betreft de voorziene exploitatiesubsidie voor 2022 geeft:
Gevraagde provinciale subsidie 2022 | 500.000,00 EUR |
Voorziene subsidie na wijziging van het meerjarenplan | 500.000,00 EUR |
Verschil | 0,00 EUR |
Het ingediende budget valt aldus binnen het geldende goedgekeurde meerjarenplan. De provincieraad dient derhalve akte te nemen van het ingediende budget 2022.
Bijdrage aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s):
|
SDG 10 Ongelijkheid verminderen: dring ongelijkheid in en tussen landen terug
SDGsubdoelstelling 10.2 Tegen 2030 de sociale, economische en politieke inclusie van iedereen mogelijk maken en bevorderen, ongeacht leeftijd, geslacht, handicap, ras, etniciteit, herkomst, godsdienst of economische of andere status.
De kathedrale kerkraad heeft het budget besproken en goedgekeurd in vergadering van 22 oktober 2021.
Het budget 2022 werd digitaal ontvangen op 25 oktober 2021.
Luidens de artt. 47 en 50 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, zijn de budgetten en de wijzigingen onderworpen aan het advies van het erkend representatief orgaan, in casu de bisschop.
Dit advies werd verstrekt op 25 oktober 2021 en per e-mail ontvangen door de provincieoverheid op 25 oktober 2021.
De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 4 november 2021.
BBC: Actieplan: Interne werking DREM 2020-2025 - Actie: DEG Interne werking.
Een budget ten belope van 500.000,00 EUR ten voordele van kathedrale kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen werd reeds –na wijziging- voorzien in het provinciale meerjarenplan 2020-2025 op boekhoudsleutel 2022/64902000/0790 - Niet-nominatieve subsidies/Erediensten (Bijdrage in het tekort van de gewone begroting van de kerkfabrieken van de erkende erediensten (W)), ramingsnummer MJP000036, van het budget 2022.
BESLUIT:
Enig artikel:
De provincieraad neemt akte van het budget van 2022 van de kathedrale kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen met een provinciesubsidie van 500.000,00 EUR voor het tekort op het exploitatiebudget 2022, zonder formulering van boekhoudkundig-technische of andere opmerkingen ter zake.
De raad stemde openbaar
Totaal aantal voorstanders: 28
totaal aantal tegenstanders: 0
totaal aantal onthoudingen, blanco of ongeldig: 4
Met als gevolg: Goedgekeurd met 28 stemmen ja, bij 0 stemmen nee en bij 4 onthoudingen
Effectieve stemmers
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Tobias
Daneels,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Lili
Stevens,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Brend
Van Ransbeeck,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Voorstanders
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Lili
Stevens,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Tegenstanders
Geen
Onthoudingen, blanco of ongeldig
Tobias
Daneels,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Brend
Van Ransbeeck
Openbare behandeling van agendapunt
Aanwezigen bij agendapunt
Goedgekeurd met 27 stemmen ja, bij 0 stemmen nee en bij 5 onthoudingen
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 november 2021 Verslag van de deputatie
|
Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65
Agenda nr. 1/4 | Erediensten. Antwerpen. Russisch-Orthodoxe kerkfabriek Christus’ Geboorte. Budget 2022. Akteneming. Goedkeuring.
|
Besluit goedgekeurd in de raad van 25 november 2021
Krachtens art. 48 juncto art. 229 van het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, neemt de provincieraad akte van het budget als het past in het goedgekeurde meerjarenplan.
Krachtens art. 49 juncto art. 229 van het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, is de provincieraad bevoegd om zich uit te spreken over de goedkeuring van het budget indien dit niet past in het goedgekeurde meerjarenplan.
Luidens art. 47 juncto art. 229 worden de budgetten na het advies van het erkend representatief orgaan jaarlijks voor 1 oktober bij de provincieoverheid ingediend (…). De provincieraad spreekt zich over het budget uit binnen een termijn van vijftig dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de provincieoverheid (…).
Luidens art. 46 juncto art. 229 stelt de kerkfabriekraad jaarlijks op basis van het meerjarenplan het budget van de orthodoxe kerkfabriek voor het volgende boekjaar vast. Het budget bestaat uit een investeringsbudget en een exploitatiebudget.
Luidens artikel 50 juncto artikel 229 worden de budgetwijzigingen na het advies van het erkend representatief orgaan voor 15 september van het lopende jaar gecoördineerd bij de provincieoverheid ingediend. De artikel 48 en 49 zijn dan van overeenkomstige toepassing.
In vergadering van 20 februari 2020 heeft uw raad het meerjarenplan 2020-2025 van de orthodoxe kerkfabriek Christus’ Geboorte te Antwerpen goedgekeurd zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen ter zake. Dit meerjarenplan voorzag in een toelage van de provincie Antwerpen voor de exploitatie van 23.564,00 EUR voor het jaar 2022.
De kerkfabriekraad van de orthodoxe kerkfabriek Christus’ Geboorte heeft het budget 2022 opgemaakt en goedgekeurd in vergadering van 19 september 2021.
Uw raad gaf een gunstig advies over de rekening 2020 in vergadering van 27 mei 2021, met een batig saldo voor de exploitatie ten bedrage van 745,57 EUR; dit bedrag is correct ingeboekt in het budget 2022.
Het budget 2022 kan als volgt worden samengevat:
Exploitatie | Ontvangsten | 8.400,00 EUR |
| Uitgaven | 31.964,00 EUR |
| Voor financiering | -23.564,00 EUR |
| Financiering | 0,00 EUR |
| Voor overboeking | -23.564,00 EUR |
| Overboeking | 0,00 EUR |
| Eigen dienstjaar | -23.564,00 EUR |
| Gecor. Expl. Rek. n-2 | 745,57 EUR |
| Gecor. Expl. Budget n-1 | -60,64 EUR |
| Voor toelage | -22.757,79 EUR |
| Gewone toelage | 22.757,79 EUR |
| Achterstal. toelage | 0,00 EUR |
| Saldo | 0,00 EUR |
|
|
|
Toelage |
| 22.757,79 EUR |
Er zijn in 2022 geen investeringsontvangsten noch investeringsuitgaven.
Het budget 2022 vergeleken met het meerjarenplan 2020-2025 voor wat betreft de voorziene subsidie voor 2022:
Voorziene subsidie in het meerjarenplan | 23.564,00 EUR |
Gevraagde provinciale subsidie budget 2021 | 22.757,79 EUR |
Verschil | 806,21 EUR |
Het ingediende budget valt aldus binnen het goedgekeurde meerjarenplan. De provincieraad dient derhalve akte te nemen van het ingediende budget 2022.
Bijdrage aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s):
|
SDG 10 Ongelijkheid verminderen: dring ongelijkheid in en tussen landen terug
SDGsubdoelstelling 10.2 Tegen 2030 de sociale, economische en politieke inclusie van iedereen mogelijk maken en bevorderen, ongeacht leeftijd, geslacht, handicap, ras, etniciteit, herkomst, godsdienst of economische of andere status.
Het budget 2022 werd ontvangen op 11 oktober 2021.
Luidens de artt. 47 en 50, eerste lid van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, zijn de budgetten en de wijzigingen onderworpen aan het advies van het erkend representatief orgaan, in casu de Metropoliet Athenagoras van het Oecumenisch Patriarchaat van Constantinopel.
Dit advies werd verstrekt op 6 oktober 2021 en ontvangen door de provincieoverheid op 9 oktober 2021.
De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 28 oktober 2021.
BBC: Actieplan: Interne werking DREM 2020-2025 - Actie: DEG Interne werking.
Een budget ten belope van 23.564,00 EUR ten voordele van de Russisch-orthodoxe kerkfabriek Christus’ Geboorte te Antwerpen werd reeds voorzien in het provinciale meerjarenplan 2020-2025 op boekhoudsleutel 2022/64902000/0790 - Niet-nominatieve subsidies/Erediensten (Bijdrage in het tekort van de gewone begroting van de kerkfabrieken van de erkende erediensten (W)), ramingsnummer MJP000036, van het budget 2022.
BESLUIT:
Enig artikel:
De provincieraad neemt akte van het budget 2022 van de Russisch-orthodoxe kerkfabriek Christus’ Geboorte te Antwerpen met een provinciesubsidie van 22.757,79 EUR voor het tekort op het exploitatiebudget 2022, zonder formulering van boekhoudkundig-technische of andere opmerkingen ter zake.
De raad stemde openbaar
Totaal aantal voorstanders: 27
totaal aantal tegenstanders: 0
totaal aantal onthoudingen, blanco of ongeldig: 5
Met als gevolg: Goedgekeurd met 27 stemmen ja, bij 0 stemmen nee en bij 5 onthoudingen
Effectieve stemmers
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Tobias
Daneels,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Brend
Van Ransbeeck,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Voorstanders
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Tegenstanders
Geen
Onthoudingen, blanco of ongeldig
Tobias
Daneels,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Ilse
Van Dienderen,
Brend
Van Ransbeeck
Openbare behandeling van agendapunt
Aanwezigen bij agendapunt
Mevrouw TALHAOUI zegt dat zij twee vragen heeft die weliswaar niet met voorliggend punt te maken hebben. Zij vraagt naar de intrekking van de erkenning van de Pakistaanse moskee en de koepel. Is dit definitief? Wat is de stand van zaken? Ligt dit dossier bij Vlaanderen? Daarnaast wou zij welke moskeeën nog hun rekening dienen in te brengen? De heer LEMMENS zegt dat hij voor de laatste vraag een schriftelijk een antwoord zal bezorgen. Wat de Pakistaanse moskee betreft, zit dit dossier inderdaad bij de Vlaamse minister. Dit is volgens hem definitief afgehandeld. Goedgekeurd met 23 stemmen ja, bij 5 stemmen nee en bij 5 onthoudingen
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 november 2021 Verslag van de deputatie
|
Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65
Agenda nr. 1/5 | Erediensten. Mol. Islamitische gemeenschap Ensar. Budget 2022 en jaarverslag 1 juli 2020 – 30 juni 2021. Akteneming. Goedkeuring.
|
Besluit goedgekeurd in de raad van 25 november 2021
Krachtens art. 48 juncto art. 272 van het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, neemt de provincieraad akte van het budget als het past in het goedgekeurde meerjarenplan.
Krachtens art. 49 juncto art. 272 van het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, is de provincieraad bevoegd om zich uit te spreken over de goedkeuring van het budget indien dit niet past in het goedgekeurde meerjarenplan.
Luidens art. 47 juncto art. 272 worden de budgetten na het advies van het erkend representatief orgaan jaarlijks voor 1 oktober bij de provincieoverheid ingediend (…). De provincieraad spreekt zich over het budget uit binnen een termijn van vijftig dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de provincieoverheid (…).
Luidens art. 46 juncto art. 272 stelt het comité jaarlijks op basis van het meerjarenplan het budget van de islamitische gemeenschap voor het volgende boekjaar vast. Het budget bestaat uit een investeringsbudget en een exploitatiebudget.
Luidens artikel 50 juncto artikel 272 worden de budgetwijzigingen na het advies van het erkend representatief orgaan voor 15 september van het lopende jaar gecoördineerd bij de provincieoverheid ingediend. De artikel 48 en 49 zijn dan van overeenkomstige toepassing.
In vergadering van 20 februari 2020 heeft uw raad het meerjarenplan 2020-2025 van de Islamitische gemeenschap Ensar te Mol goedgekeurd zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen ter zake. Dit meerjarenplan voorzag in een toelage van de provincie Antwerpen voor de exploitatie van 24.010,00 EUR voor het jaar 2022.
Het comité van de Islamitische gemeenschap Ensar heeft het budget 2022 opgemaakt en goedgekeurd in vergadering van 22 september 2021.
Uw raad gaf een gunstig advies over de rekening 2020 in vergadering van 27 mei 2021, met een batig saldo voor de exploitatie ten bedrage van 122,41 EUR; dit bedrag is correct ingeboekt in het budget 2022.
Het budget 2022 kan als volgt worden samengevat:
Exploitatie | Ontvangsten | 16.006,00 EUR |
| Uitgaven | 38.617,12 EUR |
| Voor financiering | -22.611,12 EUR |
| Financiering | 0,00 EUR |
| Voor overboeking | -22.611,12 EUR |
| Overboeking | 0,00 EUR |
| Eigen dienstjaar | -22.611,12 EUR |
| Gecor. Expl. Rek. n-2 | 122,41 EUR |
| Gecor. Expl. Budget n-1 | 1.521,29 EUR |
| Voor toelage | -24.010,00 EUR |
| Gewone toelage | 24.010,00 EUR |
| Achterstal. toelage | 0,00 EUR |
| Saldo | 0,00 EUR |
|
|
|
Toelage |
| 24.010,00 EUR |
Er zijn in 2022 geen investeringsontvangsten noch investeringsuitgaven.
Het budget 2022 vergeleken met het meerjarenplan 2020-2025 voor wat betreft de voorziene subsidie voor 2022:
Voorziene subsidie in het meerjarenplan | 24.010,00 EUR |
Gevraagde provinciale subsidie budget 2021 | 24.010,00 EUR |
Verschil | 0,00 EUR |
Het ingediende budget valt aldus binnen het goedgekeurde meerjarenplan. De provincieraad dient derhalve akte te nemen van het ingediende budget 2022.
Bijdrage aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s):
|
SDG 10 Ongelijkheid verminderen: dring ongelijkheid in en tussen landen terug
SDGsubdoelstelling 10.2 Tegen 2030 de sociale, economische en politieke inclusie van iedereen mogelijk maken en bevorderen, ongeacht leeftijd, geslacht, handicap, ras, etniciteit, herkomst, godsdienst of economische of andere status.
Het budget 2022 werd ontvangen op 1 oktober 2021.
Luidens de artt. 47 en 50, eerste lid van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, zijn de budgetten en de wijzigingen onderworpen aan het advies van het erkend representatief orgaan, in casu het Executief van de Moslims van België.
Dit advies werd verstrekt op 21 oktober 2021 en ontvangen door de provincieoverheid op 22 oktober 2021.
De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 4 november 2021.
BBC: Actieplan: Interne werking DREM 2020-2025 - Actie: DEG Interne werking.
Een budget ten belope van 24.010,00 EUR ten voordele van de Islamitische gemeenschap Ensar te Mol werd reeds voorzien in het provinciale meerjarenplan 2020-2025 op boekhoudsleutel 2022/64902000/0790 - Niet-nominatieve subsidies/Erediensten (Bijdrage in het tekort van de gewone begroting van de kerkfabrieken van de erkende erediensten (W)), ramingsnummer MJP000036, van het budget 2022.
BESLUIT:
Enig artikel:
De provincieraad neemt akte van het budget 2022 van de Islamitische gemeenschap Ensar te Mol met een provinciesubsidie van 24.010,00 EUR voor het tekort op het exploitatiebudget 2022, en van het bij het budget 2022 gevoegde jaarverslag 1 juli 2020 – 30 juni 2021 over haar maatschappelijke betrokkenheid bij de lokale gemeenschap, zonder formulering van boekhoudkundig-technische of andere opmerkingen ter zake.
De raad stemde openbaar
Totaal aantal voorstanders: 23
totaal aantal tegenstanders: 5
totaal aantal onthoudingen, blanco of ongeldig: 5
Met als gevolg: Goedgekeurd met 23 stemmen ja, bij 5 stemmen nee en bij 5 onthoudingen
Effectieve stemmers
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Tobias
Daneels,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Lili
Stevens,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Brend
Van Ransbeeck,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Voorstanders
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
Cottenie
Christl,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Jan
De Haes,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Lili
Stevens,
Fauzaya
Talhaoui,
Hugo
Van Bueren,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Tegenstanders
FRANCOIS
Catherine,
Jan
Claessen,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Bruno
Valkeniers
Onthoudingen, blanco of ongeldig
Tobias
Daneels,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Ilse
Van Dienderen,
Brend
Van Ransbeeck
Openbare behandeling van agendapunt
Aanwezigen bij agendapunt
Mevrouw BAKELANTS betreurt het negatief advies. Zij vindt dat in deze moeilijke tijden deze instelling zeer goed werk heeft geleverd. Ze houdt een warm pleidooi voor deze instelling die ondermeer het Willemsfonds en het Vermeylenfonds tot haar leden heeft. Zij verwijst naar de goede verstandhouding die er altijd is geweest met de provincie. Tot er plots eind augustus de vraag van de provincie kwam om een onderscheid te maken tussen de verplichte en de facultatieve uitgaven. Er is geen juridische basis om dit onderscheid te maken. Waarom wordt dit aan deze instelling opgedrongen, terwijl dit niet gebeurt bij de erediensten. Bovendien vaagt zij zich af of de analyse van dit onderscheid, dat gebeurde door de VVP, wel werd gecommuniceerd aan het PIMD? Wat is de beweegreden voor dit negatief advies? Heeft dit met besparingen te maken? Is de provincie zich bewust van de draagwijdte van advies? Mevrouw Bakelants vraagt aan de voorzitter om dit dossier te verdagen omdat het dossier nog niet rijp is voor het nemen van een beslissing. Mevrouw TALHAOUI zegt dat zij namens mevrouw Verhaert spreekt. Ze verwijst naar het antwoord dat mevrouw Verhaert gekregen heeft van de provincie op de vragen die ze stelde tijdens de commissie. Dit antwoord is onvolledig. Zo kreeg ze geen antwoord op de vraag of er reacties waren vanwege de PIMD. Er was een reactie door een advocaat namens PIMD. Deze vroeg om dit antwoord aan alle fracties te bezorgen. Een brief werd bezorgd aan de voorzitter van de provincieraad, maar dit aanbod werd afgewezen. Gedeputeerde Lemmens heeft in de zomer publiekelijk verteld dat de niet-confessionele levensbeschouwing als eerste in het vizier zou komen wanneer de Vlaamse overheid de provincie zou verplichten om nog meer erediensten te erkennen en te financieren. Zij betwist deze arbitraire beslissing van de gedeputeerde. Dit gebeurt niet in elke provincie (noch Oost- en West-Vlaanderen). Mevrouw Verhaert verwijst, aldus mevrouw Talhaoui, naar de federale minister van justitie die destijds elke ongeoorloofde inmenging (dus ook de verplichting inzake al dan niet verplichte uitgaven) afwees. De VOORZITTER zegt dat er geen enkel reden is er om dit punt te verdagen. Als we elk punt waarbij er discussie is moeten verdagen, wordt het moeilijk werken. De heer LEMMENS zegt dat er een verstrenging is van de bevoegde ambtenaar ten aanzien van het PIMD. De cijfers die de instelling voorlegt zijn immers weinig transparant. De PIMD blijkt middelen van de subsidies over te hevelen aan derden. Dit is in wezen niet toegelaten. Alsof de kerkfabriek de subsidies van de erediensten zou overhevelen aan de scouts, de chiro of een andere vereniging in de parochie. Ze schuiven ook middelen door naar een post ''''andere communicatie''''. Ondertussen is al 600.000 EUR geblokkeerd op die post zonder dat de provincie weet wat deze post inhoudt. De middelen worden gebruikt voor geschenken in het kader van lentefeesten. Dit gebeurt niet voor communies of suikerfeesten. Dat de PIMD geen inkomsten genereert heeft niks te maken met eigendommen die zij zou moeten beschikken, maar wel dat elke geloofsgemeenschap zelf ook bijdraagt voor zijn eredienst zodat de belastingbetaler niet alles moet betalen. Het uitvoeringsbesluit van de minister van justitie dateert van 19 jaar geleden en bevat nog steeds onduidelijkheden onder meer inzake verplichte uitgaven en de financiële verantwoordelijkheid van de provincie. Vanuit de VVP is men niet over één dag ijs gegaan. De VVP heeft de minister een brief geschreven om een initiatief te nemen om in gesprek te kunnen gaan met de provincies en de vrijzinnigheid zodat in dialoog een goed besluit kan worden uitgewerkt. Er was in de voorbije zomer een goed gesprek tussen de provincie en de PIMD. Toen is gevraagd naar transparantie van de middelen die PIMD besteedt. Zij stonden hiervoor open. Onze verantwoordelijke van het bestuur heeft gevraagd om dan hierover verder overleg te hebben. Diverse e-mails werden verstuurd: zonder resultaat, men heeft zelfs inzage geweigerd. Op een e-mail van de provincie van 5 oktober werd tenslotte wel geantwoord, maar niet op wat werd gevraagd: de provincie zou geen recht van inzage hebben. De heer Lemmens wil een signaal geven net zoals de provincie Limburg dit ook heeft gedaan. Jaren geleden is er een dading afgesloten tussen de provincie Oost-Vlaanderen en de PIMD daar. In dit dossier gaat het niet om een besparing. PIMD zal niet in de financiële problemen geraken want er bestaat de voorlopige twaalfden. Hij wil alleen tot een goed gesprek komen. Mevrouw BAKELANTS zegt dat zij na de commissievergadering nog contacten heeft gehad met PIMD. Zij sluizen geen middelen weg. Het gaat over het aanvullen van tekorten van hun projecten. De toelichtingen in het verleden waren heel duidelijk. Zij verwijst naar onder meer de grootboeken van de boekhouding waarin alle details staan. Mevrouw TALHAOUI vraagt of die brief werd gestuurd. De heer LEMMENS zegt dat die brief onderweg is. Hij heeft nog geen antwoord gekregen. Of hij al dan niet een antwoord zal krijgen van de minister, kan hij niet voorzien. Mevrouw TALHAOUI hoopt dat er toch een antwoord komt. Zij vraagt om in dialoog te blijven met de vrijzinnigheid. De heer LEMMENS zegt dat hij bereid is om in dialoog te blijven. Het moet dan wel wederzijds zijn. Hij vindt het niet fijn dat er geen antwoorden komen op de vragen van de provinciale medewerkers. Hij zal dit niet tolereren. Goedgekeurd met 20 stemmen ja, bij 4 stemmen nee en bij 10 onthoudingen
Eigen inkomsten verwerven? Dit werd door de provincie destijds afgeraden.
De heer DE WINTER zegt dat zijn fractie zich zal onthouden omdat dit in de ene provincie wel is goedgekeurd en in de andere niet.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 november 2021 Verslag van de deputatie
|
Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65
Agenda nr. 1/6 | Erkende niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen. Antwerpen. Provinciale Instelling voor Morele Dienstverlening (PIMD). Begrotingswijziging Nr. 1 van 2021. Negatief advies. Goedkeuring.
|
Besluit goedgekeurd in de raad van 25 november 2021
Krachtens art. 33 van de organieke wet van 21 juni 2002 betreffende de Centrale Raad der niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen van België (CVR), de afgevaardigden en de instellingen belast met het beheer van de materiële belangen van de erkende niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen, is de provincieraad bevoegd om advies te geven inzake de begroting.
De organieke wet van 21 juni 2002 betreffende de Centrale Raad der niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen van België (CVR), de afgevaardigden en de instellingen belast met het beheer van de materiële belangen van de erkende niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen legt aan de provincies verplichtingen op tot de financiering van de uitgaven van de erkende Provinciale Instellingen voor niet-confessionele morele dienstverlening.
De provinciewet van 30 april 1836 verplicht in artikel 69 de provincie om in haar budget kredieten in te schrijven voor de uitgaven met betrekking tot de instellingen voor niet-confessionele morele dienstverlening, zoals vermeld in artikel 27 van voormelde organieke wet van 21 juni 2002.
Luidens art. 30 van de organieke wet van 21 juni 2002 betreffende de Centrale Raad der niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen van België (CVR), de afgevaardigden en de instellingen belast met het beheer van de materiële belangen van de erkende niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen, worden de begroting en de rekening overeenkomstig de door de Koning, na advies van de Centrale Vrijzinnige Raad, vast te stellen modellen opgemaakt.
Luidens art. 10 van het Koninklijk besluit van 17 februari 2004 houdende het algemeen reglement van de boekhouding van de instellingen belast met het beheer van de materiële en financiële belangen van de erkende niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen en erkende centra voor morele dienstverlening, is het begrotingsresultaat van de vorige boekjaren dat op de begroting wordt ingeschreven, het resultaat van de begroting van het voorgaande boekjaar en van de wijzigingen daarin. Dit wordt uitgevoerd bij wege van begrotingswijzigingen.
Luidens artikel 10 van het koninklijk besluit van 17 februari 2004 houdende het algemeen reglement van de boekhouding van de instellingen belast met het beheer van de materiële en financiële belangen van de erkende centra voor morele dienstverlening, dient de Raad van Bestuur, wanneer de rekening van het voorbije jaar werd afgesloten, de boni op te nemen in begrotingswijziging.
In vergadering van 15 maart 2021 heeft de raad van bestuur van de Provinciale Instelling voor Morele Dienstverlening (PIMD) te Antwerpen de rekening voor het dienstjaar 2020 goedgekeurd. Het dossier is op 01 juni 2021 ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen.
In vergadering van 15 maart 2021 heeft de raad van bestuur van de Provinciale Instelling voor Morele Dienstverlening (PIMD) te Antwerpen tevens de begrotingswijziging Nr. 1 voor het dienstjaar 2021 goedgekeurd. Het dossier is eveneens op 01 juni 2021 ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen.
De rekening 2020 werd door de deputatie in zitting van 24 juni 2021 gunstig geadviseerd zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen.
In dezelfde zitting werd dit punt inzake de begrotingswijziging Nr. 1 van 2021 verdaagd. Hierop besliste de beleidscommissie Erediensten in de schoot van de VVP om een juridisch analyse op te stellen inzake de financiële verplichtingen vanwege de provincie t.o.v. de Provinciale Instellingen voor Morele Dienstverlening. Het eindrapport, opgesteld door de Ambtelijke Commissie en goedgekeurd door de Beleidscommissie werd aan de raad van bestuur van de VVP voorgelegd op 20 september 2021 en op 18 oktober 2021.
Luidens artikel 10 van het voormelde koninklijk besluit van 17 februari 2004 dient de Raad van Bestuur, wanneer de rekening van het voorbije jaar werd afgesloten, de boni van 2020 op te nemen in de begrotingswijziging Nr. 1 van 2021. De Raad van Bestuur heeft tegelijk een aantal kredietwijzigingen op de gewone en op de buitengewone begroting verricht.
De boni van 2020, zoals vastgesteld in de rekening over 2020, bedragen respectievelijk:
| 192.761,42 EUR |
| 37.484,93 EUR |
Deze boni werden correct verwerkt in de voorliggende begrotingswijziging Nr.1 van 2021. De Raad van Bestuur heeft tegelijk een aantal kredietaanpassingen op de gewone en op de buitengewone begroting verricht, waarbij het saldo voor zowel de gewone als de buitengewone begroting 0,00 EUR blijft en de tegemoetkoming vanwege de provincie niet wijzigt.
In de begroting 2021 werden de ontvangsten en uitgaven origineel geraamd als volgt :
| ONTVANGSTEN | UITGAVEN | SALDO |
gewone dienst | 1.120.620,00 | 1.120.620,00 | 0,00 |
buitengewone dienst | 31.790,00 | 31.790,00 | 0,00 |
totaal | 1.152.410,00 | 1.152.410,00 | 0,00 |
De totale provinciesubsidie 2021 werd origineel geraamd op 1.151.410,00 EUR, waarvan 1.119.620,00 EUR op de gewone begroting en 31.790,00 EUR op de buitengewone begroting.
Na aanpassing van de cijfers van deze originele begroting aan o.a. de rekeningcijfers van 2020, kan de begroting 2021 na deze eerste wijziging als volgt worden samengevat:
| ONTVANGSTEN | UITGAVEN | SALDO |
gewone dienst | 1.313.381,42 | 1.313.381,42 | 0,00 |
buitengewone dienst | 69.274,93 | 69.274,93 | 0,00 |
totaal | 1.382.656,35 | 1.382.656,35 | 0,00 |
De totale provinciesubsidie 2021 blijft ongewijzigd.
Niet kan worden ingezien waarom het saldo van de uitgaven die waren gepland in 2020 en die niet werden uitgevoerd, tot op de cent na in begrotingswijziging 2021 wordt overgenomen. Het betreft hierbij ook ongebruikte kredieten die definitief ongebruikt zijn, zoals schoonmaakkosten, nutsrekeningen, verplaatsingskosten, vormingskosten, e.d. In voorliggende begrotingswijziging worden deze ‘hergebruikt’ voor andere doeleinden.
De wet schrijft enkel voor dat de boni van de laatst goedgekeurde rekening in de begrotingswijziging worden opgenomen, niet dat deze opnieuw worden aangewend.
Een ernstig en voorzichtig financieel beleid houdt steeds opnieuw een gedegen afweging in van de kosten –die in grote mate op de maatschappij worden afgewenteld- en de doelstellingen die worden nagestreefd, en dit conform het zuinigheids- en proportionaliteitsbeginsel. De verplichting tot financiering vanwege de provincie is geen vrijgeleide.
Er wordt vastgesteld dat de ingediende documenten onvoldoende transparant zijn om het verschil te kunnen maken tussen enerzijds verplichte uitgaven en anderzijds facultatieve uitgaven. Enkel de verplichte uitgaven, i.e. de uitgaven die rechtstreeks verbonden zijn aan de wettelijke taakstelling van de PIMD, kunnen doorgerekend worden aan de provincie. Alle andere uitgaven dienen door eigen inkomsten van de PIMD gefinancierd te worden. De door te rekenen uitgaven dienen eveneens in de lijn te liggen met wat wordt betoelaagd voor de eredienstinstellingen die vallen onder het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, en dit conform de artikelen 11, 19, 21 en 181 van de gecoördineerde grondwet en artikel 9 van Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Ook de wetgever zelf heeft in de memorie van toelichting bij artikel 26 van de wet van 21 juni 2002 betreffende de Centrale Raad der niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen van België, de afgevaardigden en de instellingen belast met het beheer van de materiële en financiële belangen van de erkende niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen, gesteld dat de verplichte tussenkomst van de provincie wordt ingevoegd naar analogie met het artikel 92, 1° van het (thans opgeheven) keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkfabrieken, wat inhoudt dat de provincie enkel verplicht is -wat betreft de gewone uitgaven- tussen te komen bij een tekort op de gewone uitgaven, zijnde de kosten voor het onderhoud en de versiering van de gebouwen alsook de kosten voor de uitoefening van de niet-confessionele morele dienstverlening. Het gaat hierbij dan voornamelijk om materiële voorzieningen om de dienstverlening mogelijk te maken. De provincie is daarentegen niet verplicht om tegemoet te komen zo het tekort van de instelling aan facultatieve uitgaven te wijten is. Deze analogie wordt thans in ruime mate niet bereikt.
In deze is het exemplarisch dat onder de rubriek ‘230/61529 Andere communicatiekosten’ na begrotingswijziging een bedrag van 604.102,07 EUR wordt voorzien zonder enige vorm van detaillering, wetende dat dit bedrag ook wordt gebruikt voor het financieren van facultatieve uitgaven zoals ondersteuning van diverse activiteiten van vrijzinnige vzw’s, enz. zoals blijkt uit de rekeningen van de PIMD.
Tevens wordt vastgesteld dat de eigen inkomsten van de PIMD quasi onbestaande zijn of niet in de begroting worden opgenomen, deels door de toepassing van ‘schuldvergelijking’ wat indruist tegen het universaliteitsbeginsel, en meer bepaald het compensatieverbod, deels door oneigenlijk gebruik van een vzw-structuur voor bepaalde centra voor morele dienstverlening waardoor enkel de tegemoetkoming in de tekorten van deze vzw’s in de begroting van de PIMD worden opgenomen. Inkomsten die door de centra voor morele dienstverlening (die onmogelijk de structuur van een vzw kunnen aannemen) worden gegenereerd, dienen echter in de geconsolideerde begroting van het PIMD te worden opgenomen.
De wijze waarop men de morele dienstverlening organiseert is een interne aangelegenheid van de niet confessionele levensbeschouwelijke gemeenschap, en de overheid mag zich niet inmengen in de uitoefening van de vrijheden die beschermd worden door het verdrag van de rechten van de mens, waaronder dus de godsdienstvrijheid. De overheid is echter niet gehouden om alle kosten te dragen doch enkel deze om een normale beleving en ontwikkeling van de vrijheden mogelijk te maken. Zowel de decreetgever (voor de erediensten) als de wetgever (voor de niet-confessionele levensbeschouwing) hebben dit kader vastgesteld. Het is aan de PIMD om aan te tonen welke uitgaven verplicht zijn, en welke anderzijds facultatief zijn. Niet valt in te zien of te rechtvaardigen -noch juridisch noch feitelijk- dat alle kosten die door de PIMD worden gedragen, vallen onder verplichte uitgaven. Het staat de PIMD vrij om ook facultatieve uitgaven te doen en het komt de provincie enkel toe om 1° uitgaven te schrappen indien deze manifest onwettig zijn, of 2° uitgaven weigeren te betalen indien deze overdreven zijn. Voorafgaand overleg is derhalve noodzakelijk, wat bij de opmaak van deze begrotingswijziging niet is gebeurd.
Bij gebrek aan duidelijkheid omtrent het al dan niet verplichte karakter van diverse uitgaven, is het voor de provincie derhalve onmogelijk vast te stellen 1° tot welke financiële tussenkomst de provincie wettelijk gehouden is en 2° om vrij te bepalen welke vrijwillige tussenkomst in de facultatieve uitgaven in voorkomend geval kan overwogen worden.
Met mails van 31 augustus 2021 en 13 september 2021 werd de PIMD gevraagd naar meer transparantie en om een onderscheid tussen verplichte en facultatieve uitgaven te maken, alsook deze eerstgenoemde uitgaven in die zin te motiveren. Tevens werd gevraagd om ook de onderliggende begrotingen van de CMD’s erin op te nemen. De PIMD werd verzocht om deze gegevens uiterlijk 14 oktober over te maken.
In zijn antwoord van 3 oktober meldt de boekhouder van het PIMD dat 1° dat de nodige transparantie in de werking is voorzien, conform de wetgeving betreffende de georganiseerde vrijzinnigheid in België van 21 juni 2002 en de aanvullende Koninklijke en Ministeriële besluiten, 2° dat de gevraagde bijkomende inlichtingen inzake de verplichte en facultatieve uitgaven een inbreuk op het principe van de wetgeving betreffende de georganiseerde vrijzinnigheid van 21 juni 2002 inhouden, en 3° dat de documenten opgesteld werden overeenkomstig de door de Koning vastgestelde modellen én het Algemeen Reglement van de boekhouding. De bepaling van de respectievelijke begrotingen van de, door de Koning, erkende Centra voor Morele Dienstverlening, komt toe aan de autonome Raad van Bestuur van de Provinciale instelling voor Morele dienstverlening.
Deze drie punten werden echter weerlegd waarbij werd opgemerkt dat ten eerste de nodige transparantie wordt gevraagd in de begroting aangezien er een zekere nood is om op voorhand voldoende informatie te hebben om de hoegrootheid van de verplichte tussenkomst vanwege de provincie te kunnen vaststellen. Op dit moment is dit enkel post factum bij de controle van de grootboeken bij de rekening. Ten tweede werd voor wat betreft het verschil tussen verplichte en facultatieve kosten verwezen naar de memorie van toelichting bij artikel 27 sub b) van de reeds aangehaalde wet van 21 juni 2002 en –voor wat het derde punt betreft- naar het begrotingsprincipe van de universaliteit, wat een verbod op compensatie (schuldvergelijking) inhoudt. De vraag naar detaillering en motivering van de verplichte uitgaven werd derhalve bevestigd.
Op basis van deze antwoorden heeft het PIMD het dossier doorgezonden naar de Centrale Vrijzinnige Raad voor verder advies.
Er wordt vastgesteld dat op datum van 14 oktober de gevraagde gegevens niet bezorgd werden.
Aangezien aldus niet kan worden vastgesteld welke uitgaven verplicht zijn en dus kunnen doorgerekend worden aan de provincie indien de inkomsten ontoereikend zijn, kan ook niet beoordeeld worden of het in de begrotingswijziging voorziene subsidiebedrag vanwege de provincie (1.119.620,00 EUR voor de gewone dienst en 31.790,00 EUR voor de buitengewone dienst) correct en verplicht is. Derhalve dient de begrotingswijziging dan ook negatief te worden geadviseerd.
Bijdrage aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s):
|
SDG 10 Ongelijkheid verminderen: dring ongelijkheid in en tussen landen terug
SDGsubdoelstelling 10.2 Tegen 2030 de sociale, economische en politieke inclusie van iedereen mogelijk maken en bevorderen, ongeacht leeftijd, geslacht, handicap, ras, etniciteit, herkomst, godsdienst of economische of andere status.
In de federale regelgeving zijn er geen (voorafgaande) overlegvergaderingen voorzien noch de verplichte indiening van financiële meerjarenplannen voor zes jaren, maar enkel de jaarlijks in te dienen begrotingen en begrotingswijzigingen. In zijn besluit van 8 mei 2017 heeft de minister van Justitie echter aangegeven dat zulks voorafgaand overleg noodzakelijk is, zelfs zonder dat ervoor een wettelijk kader hoeft te bestaan.
De provinciale overheid (de provincieraad) heeft slechts een adviserende bevoegdheid met betrekking tot de door de PIMD ingezonden begroting. Zij kan enkel voorstellen om bepaalde uitgavenkredieten te schrappen, te wijzigen of aan te passen (verminderen).
Vervolgens stelt de Centrale Vrijzinnige Raad (CVR) de uitgaven betreffende de organisatie en de werking van de morele dienstverlening definitief vast, keurt de begroting goed en zendt ze naar de Minister van Justitie. De CVR kan dus de door uw raad geschrapte of verminderde uitgavenkredieten opnieuw volledig en verhoogd in de begroting van de PIMD opnemen en goedkeuren.
De begroting wordt onderworpen aan de (pro forma) goedkeuring van de Minister van Justitie, die behoudens materiële vergissing, de artikelen betreffende de uitgaven houdende de organisatie en de werking van de morele dienstverlening niet kan wijzigen.
Deze begrotingswijziging bevat alle noodzakelijke stukken (voor zover van toepassing) zoals voorzien in het Koninklijk Besluit van 17 februari 2004 houdende het algemeen reglement van de boekhouding van de instellingen belast met het beheer van de materiële en financiële belangen van de erkende niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen en erkende centra voor morele dienstverlening, doch ook enkel deze.
Het financiële gedeelte van de begrotingswijziging werd opgemaakt volgens het model van het Koninklijk Besluit van 1 maart 2004 tot vaststelling van de modellen van de begroting en de rekeningen van de instellingen belast met het beheer van de materiële en financiële belangen van de erkende niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen en erkende centra voor morele dienstverlening.
De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 28 oktober 2021.
BBC: Actieplan: Interne werking DREM 2020-2025 - Actie: DEG Interne werking.
Een budget ten belope van 1.151.410,00 EUR ten voordele van het PIMD werd reeds voorzien in het provinciale meerjarenplan 2020-2025, op boekhoudsleutel 2021/64902000/0791 - Niet-nominatieve subsidies/Niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen (subsidie Provinciale Instelling voor Morele Dienstverlening (W)), ramingsnummer MJP000037, van het budget 2021.
BESLUIT:
Artikel 1:
Kennis wordt genomen van de begrotingswijziging Nr. 1 van 2021 van de Provinciale Instelling voor Morele Dienstverlening te Antwerpen, met als resultaat :
| ONTVANGSTEN | UITGAVEN | SALDO |
gewone dienst | 1.313.381,42 | 1.313.381,42 | 0,00 |
buitengewone dienst | 69.274,93 | 69.274,93 | 0,00 |
totaal | 1.382.656,35 | 1.382.656,35 | 0,00 |
waarbij de totale provinciesubsidie voor 2021, zoals origineel geraamd op 1.151.410,00 EUR, waarvan 1.119.620,00 EUR op de gewone begroting en 31.790,00 EUR op de buitengewone begroting, ongewijzigd is gebleven.
Artikel 2:
Vastgesteld wordt dat er onvoldoende gegevens ter beschikking zijn om de wettelijk verplichte tussenkomst vanwege de provincie correct te kunnen vaststellen.
Artikel 3:
De in de begrotingswijziging nr. 1 van 2021 van de Provinciale Instelling voor Morele Dienstverlening te Antwerpen voorziene subsidies, geraamd op 1.119.620,00 EUR op de gewone begroting en 31.790,00 EUR op de buitengewone begroting, worden niet goedgekeurd.
Artikel 4:
De begrotingswijziging Nr. 1 van 2021 van de Provinciale Instelling voor Morele Dienstverlening te Antwerpen wordt ongunstig geadviseerd.
De raad stemde openbaar
Totaal aantal voorstanders: 20
totaal aantal tegenstanders: 4
totaal aantal onthoudingen, blanco of ongeldig: 10
Met als gevolg: Goedgekeurd met 20 stemmen ja, bij 4 stemmen nee en bij 10 onthoudingen
Effectieve stemmers
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
FRANCOIS
Catherine,
Cottenie
Christl,
Jan
Claessen,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Tobias
Daneels,
Jan
De Haes,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Sohier
Rudy,
Louis
Schoofs,
Lili
Stevens,
Fauzaya
Talhaoui,
Bruno
Valkeniers,
Hugo
Van Bueren,
Ilse
Van Dienderen,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Brend
Van Ransbeeck,
Diederik
Vandendriessche,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Voorstanders
Nicole
Boonen,
Ludwig
Caluwé,
Cottenie
Christl,
Mireille
Colson,
Nathalie
Cuylaerts,
Jan
De Haes,
Koen
Dillen,
Kris
Geysen,
Seppe
Gys,
Kathleen
Helsen,
Linda
Lauwers,
Luk
Lemmens,
Koen
Palinckx,
Lili
Stevens,
Hugo
Van Bueren,
Marleen
Van Hauteghem,
Mien
Van Olmen,
Eddy
Verhaeven,
Isabelle
Vrancken,
Wendy
Weckhuysen
Tegenstanders
Koen
Anciaux,
Ann
Bakelants,
Sohier
Rudy,
Fauzaya
Talhaoui
Onthoudingen, blanco of ongeldig
FRANCOIS
Catherine,
Jan
Claessen,
Tobias
Daneels,
Erik
De Quick,
Stefan
De Winter,
Louis
Schoofs,
Bruno
Valkeniers,
Ilse
Van Dienderen,
Brend
Van Ransbeeck,
Diederik
Vandendriessche
Openbare behandeling van agendapunt
Aanwezigen bij agendapunt
Goedgekeurd met 20 stemmen ja, bij 4 stemmen nee en bij 10 onthoudingen