Een sportieve terugblik op 1952 – Joseph-Louis Stynen ontwerpt de zittribune van K.F.C. Malinois

publish date
24.08.2016
Presentatietekening van Joseph-Louis Stynen voor de zittribune van K.F.C. Malinois, 1952
Presentatietekening van Joseph-Louis Stynen voor de zittribune van K.F.C. Malinois, 1952

Geen sport zonder passende infrastructuur. Sinds decennia stimuleren de commercialisering en marketing van grote sportevenementen en voetbalcompetities een voorheen ongeziene evolutie: spectaculaire sporttempels, vaak ontworpen door sterarchitecten, zetten de toon. Het Vogelnest (2008) in Peking, naar een ontwerp van Herrzog & de Meuron in samenwerking met Ai Weiwei, is slechts één van de vele voorbeelden.

Dat betekent niet dat voordien architecten afzijdig bleven. In 1952 kon Joseph-Louis Stynen als laureaat van een ontwerpwedstrijd een nieuwe tribune bouwen voor voetbalclub K.F.C. Malinois, het huidige K.V. Mechelen. Stynen had enige ervaring met sportinfrastructuur, zij het dan als ontwerper. In de architectuurwedstrijd van het Internationaal Olympisch Comité tijdens de Olympische Spelen van Los Angeles in 1932 had hij namelijk een eervolle vermelding in de wacht gesleept. Hoe dan ook verrees de Mechelse zittribune in enkele maanden tijd. Een artikel in Het Bouwbedrijf uit 1953 had het over “een hymne aan de moderne techniek”. De 108 meter lange betonconstructie werd bekroond door een vrijdragend dak met een spanwijdte van 18 meter. De tribune bood plaats voor ongeveer 3800 supporters en huisvestte ook de accommodatie voor bestuur en spelers, scheidsrechters en journalisten. In december 1952 al kon de constructie voor het eerst in gebruik genomen worden.