In de stal van de toekomst
Gemiddeld eten we 80 verse eieren per jaar per persoon. De kip en het ei, ze doen er dus toe. Zelfs meer dan we denken. Maar de pluimveesector kent grote uitdagingen. Daar gaat Nathalie Sleeckx, onderzoeker bij het Proefbedrijf Pluimveehouderij, elke dag mee aan de slag. Zo bestudeert ze onder meer hoe de eierproductie kan verduurzamen door leghennen langer gezond en productief te houden. Een gesprek over innovatiekansen in de kippenstal.
Dag Nathalie, kan je het Proefbedrijf Pluimveehouderij eens voorstellen?
“Wij zijn het onderzoekscentrum voor pluimvee van de provincie Antwerpen. Wij doen toegepast onderzoek, wat betekent dat we wetenschap combineren met praktijk. We hebben proefstallen met 30.000 leghennen en 42.000 vleeskuikens, onderverdeeld in verschillende onderzoeksgroepen. Ons team bestaat uit 28 medewerkers: onderzoekers, dierenverzorgers, operationeel personeel en een directeur. De thema’s waarrond we werken zijn heel divers en bevinden zich op de snijlijn van dierenwelzijn, technologie, gezondheid, ecologie en economie.”
Hoe ben je onderzoeker geworden en wat is jouw onderzoeksdomein?
“Ik ben dierenarts van opleiding en behaalde een doctoraat in de diergeneeskundige pathologie aan de Universiteit Antwerpen. Sinds 2013 werk ik in het Proefbedrijf en ligt mijn focus vooral op dierengezondheid en -welzijn. Daarnaast ben ik projectcoördinator van het Europese Interreg OMELETTE-project. Daarin onderzoeken we hoe we de eierproductie in Noordwest-Europa toekomstbestendig kunnen maken.”
Hoe pakken jullie dat aan? Wat is de ambitie?
“Het Proefbedrijf voor Pluimveehouderij in Geel werkt hiervoor samen met 10 projectpartners uit België, Duitsland, Zwitserland, Frankrijk en Nederland. De partners zijn zowel universiteiten, onderzoeksinstellingen, praktijkcentra als bedrijven. Het onderzoek spitst zich toe op de vraag: hoe verduurzaam je de eierproductie door leghennen langer gezond en productief te houden? Vandaag worden leghennen vaak geslacht zodra hun legproductie begint af te nemen, terwijl ze genetisch gezien nog langer eieren kunnen leggen. Het is moeilijk om leghennen langer aan te houden met behoud van gezondheid, welzijn en winstgevendheid. In het project bundelen we multidisciplinaire kennis en vaardigheden om oplossingen te vinden. Die gaan we in een volgende fase toepassen in 10 praktijkbedrijven, verspreid over de deelnemende landen.”
Waarom is het zo interessant om leghennen langer gezond en productief te houden?
“Als we de langleefbaarheid van hennen -waarbij het dierenwelzijn centraal staat- kunnen bevorderen, dan betekent dat minder dierenverbruik, minder opfokkosten en minder uitstoot van schadelijke stoffen. Het is ook goed voor het dierenwelzijn want de dieren blijven langer gezond. Een duurzame oplossing dus, zowel vanuit ecologisch als economisch standpunt én goed voor de dieren zelf. We zoeken bijvoorbeeld uit hoe aangepaste voederstrategieën, dynamische verlichting, gedragsverrijking en rassenkeuze de levensduur positief kunnen beïnvloeden. Een ander sleutelelement is proactief henmanagement. Via datagestuurde monitoring analyseren we voederopname, legpercentage, gedrag en gezondheid van de kippen. Zo kunnen we problemen in de stallen vroegtijdig opsporen en ingrijpen voor problemen of ziektes de kop opsteken. Meten is weten! En de technologie helpt daar enorm bij.”
Wat kan dit project betekenen voor pluimveehouders?
“De pluimveesector staat vandaag onder druk. Economische rendabiliteit botst soms met ecologische principes en maatschappelijke verwachtingen rond duurzaam kippenvlees en eieren. Consumenten willen het meest diervriendelijke ei, maar kopen vaak het goedkoopste. Landbouwers willen vooruit, maar stoten op complexe regelgeving en oneerlijke concurrentie uit het buitenland. Nu al zijn we voor een groot deel van onze eierconsumptie afhankelijk van import. Ook zien we dat kleinere landbouwbedrijven nog onvoldoende mee zijn met nieuwe technologieën die efficiënt en duurzaam produceren faciliteren. Met dit project bieden we de sector concrete handvaten om stappen vooruit te zetten richting een duurzame toekomst, mét aandacht voor dierenwelzijn, ecologie en economische leefbaarheid. We zetten dan ook sterk in op kennisdeling. We informeren pluimveehouders over de onderzoeksresultaten, organiseren trainingen, stellen een ‘Langleefbaarheid Actieplan’ op ter ondersteuning van pluimveehouders en begeleiders en nodigen hen uit op demonstraties.”
Wat is de rol van lokale besturen in dit verhaal? Kunnen zij ook een graantje meepikken?
Zeker, en dat vinden we ook heel belangrijk. Lokale besturen nemen beslissingen in vergunningsdossiers, krijgen te maken met bezorgdheden van burgers rond geur of stikstof, enzovoort. Het is dus belangrijk dat zij de realiteit op het terrein goed kennen en daar dragen we graag ons steentje aan bij. Door ons proefbedrijf open te stellen en de werking, uitdagingen en kansen van de pluimveesector zichtbaar te maken, via informatiesessies en rondleidingen. Daarnaast zetten we acties op om consumenten te sensibiliseren over de herkomst van eieren om hen zo weer dichter bij de landbouw brengen. Het doel is om wederzijds begrip en samenwerking te bevorderen tussen landbouwers, consumenten en lokale overheden. Want dat is essentieel als we samen willen bouwen aan een toekomstgerichte pluimveesector.”
Ontdek de kippenstal van de toekomst
Naar aanleiding van de Dag van de Landbouw organiseert het Proefbedrijf Pluimveehouderij op vrijdagvoormiddag 12 september een boeiende presentatie en rondleiding voor lokale besturen.
Nathalie Sleeckx in een notendop
- Onderzoeker bij het Proefbedrijf Pluimveehouderij
- Getrouwd, mama van Victor (13) en Alexander (11)
- Thuis leeft de dierenliefde voort. Het gezin heeft twee geadopteerde honden en vier geadopteerde kippen.
- In haar vrije tijd gaat Nathalie lopen en zwemmen. “Op dit moment train ik met mijn collega’s voor de 10 km van Antwerpen.”