Skip to main content

Veelgestelde vragen over gebiedsprogramma’s

Waarom een gebiedsprogramma overwegen?

Kansen en uitdagingen stoppen meestal niet aan de gemeentegrenzen. Ook een gecoördineerd beleid over thema’s als mobiliteit, milieu, lokale economie of streektoerisme kijkt dan best over die grenzen heen. Gebiedsgericht werken is het middel bij uitstek om die gezamenlijke doelstellingen te bereiken. De provincie Antwerpen begeleidt en coördineert dit proces. Enkele voordelen:

  • Bij een samenwerking tussen gemeenten is het niet altijd duidelijk wie best het voortouw neemt. De provincie kan die bovenlokale (bege)leidende rol wel opnemen. 
  • We stellen een toegewijde gebiedscoördinator aan, die de stuwende kracht is voor de besluitvorming en uitvoer van het programma. 
  • Via een gebiedsprogramma kom je als gemeente gemakkelijk in contact met de juiste personen en diensten van andere overheidsniveaus en organisaties (bv. Agentschap Natuur & Bos, Toerisme Vlaanderen, de Vlaamse Landmaatschappij e.a.).
  • De provincie heeft een groot multidisciplinair team van sectorspecialisten ter beschikking, die we mee kunnen inschakelen in de acties van het programma. 
  • Bij een ruimtelijke (her)inrichting is het nodig om te bekijken wat je doet met de functies die al aanwezig zijn in het projectgebied. Een bovenlokale reflex helpt dan vaak om de juiste functies op de juiste plaats te krijgen.

Wie kan initiatief nemen tot een gebiedsprogramma? 

Initiatief komt van een of meerdere gemeenten.

Een gebiedsprogramma kan bottom-up starten. Hierbij komt de vraag van een of meerdere gemeenten, die samen werk willen maken van gemeenschappelijke noden die een aanpak vragen over beleidsdomeinen heen en met verschillende partners. 

Initiatief komt van een Vlaams agentschap of een Vlaamse overheidsinstelling

Het is ook mogelijk dat het Vlaamse niveau een bovenlokale nood of uitdaging detecteert, waarbij de provincie, als tussenniveau, een ideale trekker is. In dat geval zal de provincie bij de betrokken partners peilen.

Initiatief komt van de provincie

Tot slot kan ook de provincie een bovenlokale nood of uitdaging detecteren. In dat geval zal de provincie bij de betrokken partners peilen.

Kortom: er is geen geijkte weg. Vaak groeit de bewustwording die aanzet tot een gebiedsprogramma organisch en gezamenlijk over beleidsniveaus heen.

Hoe start je als gemeente een gebiedsprogramma?  

De beslissing om een gebiedsprogramma te starten, is een beslissing van het provinciaal beleid. Nodig zijn alvast:

  • een visie, met beschreven doelstellingen;
  • een eerste programma met (mogelijke) acties;
  • alle betrokken gemeenten verklaren de bereidheid om mee te werken;
  • de visie, doelstellingen en het eerste actieprogramma worden gedragen door de belangrijkste actoren.

Het gebiedsprogramma start in de praktijk met de aanstelling van een gebiedscoördinator en met het ontwikkelen van een doelstelling, een visie en een overleg- en beslissingsstructuur. 

Hoe zit een gebiedsprogramma in elkaar?

In de praktijk bestaat het gebiedsprogramma uit verschillende kleinere acties, die de overkoepelende visie op het terrein ondersteunen en waarmaken. Voor elk van die acties contacteren we de betrokken actoren en zetten een tijdelijke samenwerking op touw. 

De lijst aan acties vormt een zogenaamd ‘rollend programma’: er kunnen doorheen de tijd acties bijkomen of wegvallen, naargelang de omstandigheden en nieuwe ontwikkelingen. Sommige acties zijn ‘quick wins’, andere lopen over langere termijn.  

Een gebiedsprogramma evolueert dus mee met de tijd. Gezien de aard van een gebiedsprogramma gaat het meestal wel over langlopende projecten die over meerdere jaren gaan.

Wat is de overleg- en beslissingsstructuur van een gebiedsprogramma?

Goede besluitvorming vraagt om goede overleg- en beleidsstructuren. Omdat elk gebiedsprogramma eigen uitdagingen en een eigen verloop kent, zetten we voor elk programma een gepaste overleg- en beslissingsstructuur op. 

Er zijn geen opgelegde beslissingen, alle beslissingen worden samen genomen. Een goede samenwerking en een gedragen besluitvorming bij alle partners staan op de eerste plaats. 

Een gebiedsprogramma wordt toebedeeld aan een lid van de provinciedeputatie. Deze gedeputeerde is dan bevoegd voor het programma en de besluitvorming.

Wat doet de gebiedscoördinator?

Een gebiedscoördinator is het centrale aanspreekpunt voor alle actoren en voor het gehele programma. Als gezicht van het programma bouwt hij/zij een vertrouwensrelatie op met alle partners en neemt hij/zij een neutrale positie in.

De coördinator bewaakt de doelstellingen en de interne en externe samenwerking. Hij /zij inspireert de partners, ontdekt kansen en opportuniteiten en plaatst deze in de brede context. 

De coördinator verbindt de actoren en stemt de acties en beleidsniveaus op elkaar af. Om dat voor elkaar te krijgen, is het nodig dat de coördinator een overkoepelend inzicht heeft én krijgt over alles wat er binnen het gebied loopt en wat direct of indirect invloed op het gebiedsprogramma kan hebben.

Wanneer eindigt een gebiedsprogramma?

Een gebiedsprogramma eindigt wanneer aan een of meerdere van volgende punten voldaan is: 

  • Het programma is ingebed in de reguliere werking van een van de partners.
  • Er is een zelfstandige structuur die de uitvoering duurzaam voortzet.
  • De actieplannen zijn uitgevoerd. 
  • Er is geen draagvlak (meer).

Indien aan een of meerdere van bovenstaande punten voldaan is, overlegt de gebiedscoördinator met de betrokken partijen over de overdracht of eventuele stopzetting. 

Voorbeelden: 

  • Het gebiedsprogramma Glastuinbouw liep van 2005 tot 2018 en is intussen ingebed in de reguliere werking van de dienst Landbouw. Meer informatie vind je bij de vergunning glastuinbouw
  • Het gebiedsprogramma Kanaalkant liep van 2012 tot 2019 en ging over naar de reguliere werking van de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM). Meer informatie op www.kanaalkant.be.