Obesitas en diabetes verhogen het risico op hartafwijkingen bij baby’s

publish date
29.02.2020
???module.newsItem.label.themes???

In Vlaanderen wordt 2,81% van de kinderen geboren met een aangeboren afwijking. Op 29 februari is het Rare Disease Day. Het PIH pakt op die dag uit met het jaarlijkse EUROCAT-rapport. Zij roepen op tot meer preventie van obesitas en diabetes bij moeders omdat die zorgen voor een stijgende trend van hartafwijkingen bij pasgeborenen.

Sinds 1989 registreert het Provinciaal Instituut voor Hygiëne (PIH), in samenwerking met de Universiteit Antwerpen, aangeboren afwijkingen bij kinderen volgens het EUROCAT-registratiesysteem (European surveillance of Congenital Anomalies).

Het in kaart brengen van aangeboren afwijkingen, opvolgen van tijdstrends, onderzoeken van clusters en zoeken naar oorzaken zoals levensstijl, medicatiegebruik, foliumzuur, … is belangrijk om preventieprogramma’s te ontwikkelen en om de zorgvoorzieningen voor kinderen met aangeboren afwijkingen te vergroten.

Resultaten EUROCAT register

Van 1989 tot en met 2016 werden in de provincie Antwerpen 12.528 kinderen met een aangeboren afwijking geregistreerd op 425.342 geboortes. Dit betekent dat 2,81% van de pasgeborenen een aangeboren afwijking heeft. Dit percentage is heel vergelijkbaar met het Europese gemiddelde.

De aard van de afwijkingen is erg uiteenlopend. Enkele voorbeelden: op 10.000 geboortes worden 5 kindjes geboren met een open ruggetje; 11 met een gespleten lip; 12 met een klompvoetje. De meest voorkomende afwijking is een hartafwijking: op 10.000 geboorten worden 65 hartafwijkingen gedetecteerd, waarvan 21 met een ernstige hartafwijking. 

Belangrijke signaalfunctie

Het EUROCAT register, dat deel uitmaakt van een Europees netwerk en deelneemt aan Europese onderzoeksprojecten, heeft een belangrijke signaalfunctie.

Zo werd in de jaren ’80 vastgesteld dat Valproaat, een geneesmiddel tegen epilepsie, kon leiden tot meer aangeboren afwijkingen indien het werd gebruikt tijdens het eerste trimester van de zwangerschap. Sindsdien zoeken artsen bij vrouwen met epilepsie naar veiliger alternatieven. We zien in Europa dan ook een zeer sterke daling van het valproaat syndroom doorheen de tijd, nl. van 0,22 kindjes per 10.000 geboortes in 2005/06 naar 0,03 per 10.000 geboortes in 2013/14.

Een andere trend, die in de toekomst meer aandacht vraagt, is een stijgende Europese trend van hartafwijkingen bij pasgeborenen, o.m. ernstig congenitaal hartfalen, defecten aan de hartklep of defecten van de hartkamer. Obesitas en diabetes bij de moeder zijn gekende risicofactoren voor hartafwijkingen bij de foetus, en voor deze welzijnsziekten zien we een duidelijke toename in onze Westerse wereld. Preventie van obesitas en diabetes is dus niet enkel voor de moeder zelf, maar ook voor de baby van groot belang. 

Besluit

De resultaten van EUROCAT kunnen dienen als een waarschuwingssignaal om te pleiten voor het belang van een gezonde zwangerschap. 

Meer weten?

Het volledige rapport met resultaten van de registratie van aangeboren afwijkingen:
https://www.provincieantwerpen.be/aanbod/dlm/pih/onderzoek/milieu-gezondheid/eurocat.html

Beleidsverantwoordelijke:

Jan De Haes, N-VA, gedeputeerde bevoegd voor Milieu
Perscontact: Helke Verdick, M 0484 09 05 97, E helke.verdick@provincieantwerpen.be

Dienst:
Vera Nelen, Directeur Provinciaal Instituut voor Hygiëne (PIH)
T 03 259 12 90, E vera.nelen@provincieantwerpen.be